Het Zonneplein
Bijna was ik te laat gekomen. Ik woon namelijk heel dichtbij, maar mijn zoon van dertig belde ’s morgens op en vroeg of ik zijn haar wilde knippen. Dat doe ik al zijn hele leven, op een of twee keer na. Toen hij in de puberteit zat wilde hij wel eens een echte kapper uitproberen. Hij kwam echter niet zo vrolijk thuis als ik verwacht had. En na de tweede keer zei hij: ”Jij knipt beter, mam.” Dan groei je natuurlijk als moeder en probeer je de haarmode zoveel mogelijk bij te houden. Zelfs toen hij een keer een grote blauwe kuif aan de voorkant wilde. Het verven was zo gedaan. Ik was alleen vergeten zijn voorhoofd in te smeren met een crème zodat hij een week lang met een petje op naar school ging. En boos natuurlijk. Maar nu hij de kapper zelf moet betalen wil hij vaak even langs komen voor een kopje koffie, praatje en een knipbeurt.
Toen ik dus net op tijd op het Zonneplein aankwam viel het me op hoe relaxed en dorps de buurt er eigenlijk uitziet. Lieve kleine huisjes, allemaal gebouwd in de stijl van de Amsterdamse school in de dertiger jaren van de vorige eeuw. Het statige Zonnehuis in het midden van het plein heeft drie ingangen. Ik nam in eerste instantie de verkeerde ingang. Rechts van de hoofdingang bevindt zich, zo ontdekte ik, een leuke lunchroom; dus op naar de linkse ingang waar momenteel theatercentrum Het Zonneplein gevestigd is.
Het geroezemoes en de warmte komen mij vrijwel tegelijk tegemoet. Voornamelijk iets oudere mannen en vrouwen bevolken de ruimte en al gauw zie ik Wilma, die geanimeerd staat te praten met enkele vrouwen. ‘Leuk dat je er bent’ zegt ze, en stelt me onmiddellijk aan Peter Faber voor. Hij beweegt zich ontspannen tussen de mensen en probeert (in mijn ogen) niet de ster uit te hangen. Dat siert hem.
Het blijkt dat hij het gezellige theatertje voor 5 jaar gehuurd heeft. Later vertelt hij dat iedereen minstens 5 jaar nodig heeft om iets goed te kunnen, zoals: jongleren, muziek maken, maar ook schrijven. Dus ik heb nog vier jaar en tien en halve maand te gaan!
‘Ga je je verhaal voorlezen?’ vraagt Wilma. Ik antwoord dat ik het nog niet weet en dat ik eerst de kat uit de boom wil kijken.
De ruimte is niet te groot en niet te klein en de mooie rode gordijnen die voor het podium hangen worden prachtig belicht door enkele bovenhangende spotjes wat de gemoedelijke sfeer erg ten goede komt. Een mooie gitariste van een jaar of 25 pingelt dromerige muziek de ruimte in.
Als iedereen koffie of thee gekregen heeft hoor ik Peter (bespeur ik daar toch iets van spanning in zijn stem?) tegen Wilma zeggen: ’zullen we dan maar beginnen?’
Hij loopt naar voren en begint geanimeerd te vertellen over zijn jeugd en hoe hij er toe is gekomen om te gaan acteren. De kop is er af. Wilma loopt naar voren en draagt een van haar prachtige gedichten voor. Dan is het de beurt aan ons. Zo’n kleine 20 man zitten op hun stoeltjes geduldig te wachten. Ik krijg het idee dat iedereen zich hier snel op zijn gemak voelt, want een Indonesische meneer staat direct op en begint rustig voor de microfoon te vertellen. Uit zijn hoofd dus. Over zijn vader met wie hij vroeger niet zo veel op had maar voor wie hij nu, nu hij ouder was geworden en zijn vader niet meer leeft, uiteindelijk veel respect had gekregen. Na een applausje gaat deze meneer zitten en komt Wilma weer naar voren met de vraag wie er nu iets wil vertellen. Het blijft langere tijd stil.
Het blijkt dat hij het gezellige theatertje voor 5 jaar gehuurd heeft. Later vertelt hij dat iedereen minstens 5 jaar nodig heeft om iets goed te kunnen, zoals: jongleren, muziek maken, maar ook schrijven. Dus ik heb nog vier jaar en tien en halve maand te gaan!
‘Ga je je verhaal voorlezen?’ vraagt Wilma. Ik antwoord dat ik het nog niet weet en dat ik eerst de kat uit de boom wil kijken.
De ruimte is niet te groot en niet te klein en de mooie rode gordijnen die voor het podium hangen worden prachtig belicht door enkele bovenhangende spotjes wat de gemoedelijke sfeer erg ten goede komt. Een mooie gitariste van een jaar of 25 pingelt dromerige muziek de ruimte in.
Als iedereen koffie of thee gekregen heeft hoor ik Peter (bespeur ik daar toch iets van spanning in zijn stem?) tegen Wilma zeggen: ’zullen we dan maar beginnen?’
Hij loopt naar voren en begint geanimeerd te vertellen over zijn jeugd en hoe hij er toe is gekomen om te gaan acteren. De kop is er af. Wilma loopt naar voren en draagt een van haar prachtige gedichten voor. Dan is het de beurt aan ons. Zo’n kleine 20 man zitten op hun stoeltjes geduldig te wachten. Ik krijg het idee dat iedereen zich hier snel op zijn gemak voelt, want een Indonesische meneer staat direct op en begint rustig voor de microfoon te vertellen. Uit zijn hoofd dus. Over zijn vader met wie hij vroeger niet zo veel op had maar voor wie hij nu, nu hij ouder was geworden en zijn vader niet meer leeft, uiteindelijk veel respect had gekregen. Na een applausje gaat deze meneer zitten en komt Wilma weer naar voren met de vraag wie er nu iets wil vertellen. Het blijft langere tijd stil.
Ik denk bij mezelf: ‘dat kan toch niet’? ‘Niemand die wil?’ En tegelijkertijd voel ik een plaatsvervangende verantwoordelijkheid, voornamelijk ten opzichte van Wilma. De vaart moet er wel in blijven!
Ondanks dat ik het dus niet zo vroeg in de middag van plan was, steek ik mijn vinger op.
Het blijkt dat tegelijkertijd met mijn vinger ook iemand anders zijn hand had opgestoken.
Ondanks dat ik het dus niet zo vroeg in de middag van plan was, steek ik mijn vinger op.
Het blijkt dat tegelijkertijd met mijn vinger ook iemand anders zijn hand had opgestoken.
Deze meneer mag eerst, maar dan ben ik echt aan de beurt. Na eerst wat geharrewar met de microfoon lees ik mijn verhaaltje, over mijn moeder die begint te dementeren, voor. Applaus; zo, dat zit er op. En na mij volgen er nog velen. De een vertelt uit het hoofd; de ander van een papiertje maar ieder heeft zijn eigen, vaak emotionele verhaal. Het valt mij op hoe gemakkelijk en vanzelfsprekend alles gaat. Mensen die later zeiden dat ze toch wel zenuwachtig waren staan voor het toneel alsof het hun dagelijkse werk is. In gedachten maak ik ze complimenten.
De middag is omgevlogen en het zaaltje druppelt langzaam leeg. ‘Dit is mijn kans, denk ik en loop op Peter Faber af. Toch even een praatje maken met deze ster. Ik vertel dat ik zijn theatershow KEEFMAN enkele jaren geleden heb gezien in het nieuwe de La Mar theater. Hij begint te vertelen dat hij het hier ook speelt, maar nu veel beter, veel losser. Ik vond het toen juist al zo knap dat hij zo makkelijk kon improviseren op het toneel en vraag of hij zich misschien die avond nog kan herinneren. Even kijkt hij mij vreemd aan. Alsof hij zich elke avond op het toneel zou kunnen herinneren. Maar dan vertel ik hem dat er die avond iets bijzonders was gebeurd. Terwijl de voorstelling al een uur aan de gang was begint een vrouw op de eerste rij te schreeuwen. Peter probeert er een grapje van te maken maar dan blijkt het ernst…. Naast haar op de eerste rij zit een man in elkaar gezakt, bewegingsloos op zijn stoel . Paniek! De lichten gaan aan en 112 wordt gebeld. Peter moet de tijd volpraten maar heeft er zichtbaar moeite mee. Wat moet hij doen? Je hoort hem denken: stoppen of doorgaan?
Nadat de man afgevoerd is via een brancard besluit hij samen met het publiek de voorstelling te hervatten: ‘Ja, zulke dingen kunnen gebeuren’, zegt hij nog.
Vanavond hoorde ik van hem dat de man was blijven leven. En dat gaf me na zoveel jaar toch een gevoel van opluchting.
Nadat de man afgevoerd is via een brancard besluit hij samen met het publiek de voorstelling te hervatten: ‘Ja, zulke dingen kunnen gebeuren’, zegt hij nog.
Vanavond hoorde ik van hem dat de man was blijven leven. En dat gaf me na zoveel jaar toch een gevoel van opluchting.
Janny Praamsma
6 opmerkingen:
Dat eerste verhaal is op het web te vinden:
http://quetzalquatl.web-log.nl/quetzalquatl/2010/10/samhain-2010.html
Hee, Indonesische meneer :-) Leuk, zo komt er nóg meer bij elkaar!
Tot verhaals!
Wilma
Mijn dochter was zeer onder de indruk van het verhaal over uw dementererende moeder. Ze heeft mij veel vragen gesteld wat het is en of er bij ons in de familie ook iemand is die het heeft. Rustig heb ik haar verteld dat grootopa het ook heeft. Nu vallen voor haar een heleboel puzzelstukjes in elkaar. Bedankt voor het mooie verhaal.
Marielle
Hee Mariëlle,
Ik hoop dat Janny dit leest. En anders geef ik het weleens aan haar door. Ik was helemaal verrast toen zij dit tijdens de schrijfles voorlas!
Tot gauw, Wilma
Ja,ik heb het gelezen.
Ondanks dat het voor mij een trieste zaak is ben ik blij ik op deze manier andere mensen kan laten begrijpen wat het inhoudt en hoe het voelt. En dat je er zelf niet meer aan kan doen dan begrip hebben en geduldig blijven.
Bedankt voor de mooie woorden.
Janny
Hoi Janny,
ik had je verhaal al gelezen voor je het had voorgedragen. En je was ook nog eens bijna te laat omdat ik zo nodig mijn haar geknipt wilde hebben! Ik zal het niet meer doen ;)
Ik ben trots dat je zo mooi en oprecht verteld over hoe oma toch achteruit gaat. Toen je me het voor het eerst vertelde schrok ik wel, want ik wist dat ze vergeetachtig werd, maar plotseling gaat het wel snel.
Veel succes met schrijven lieve moeder, ik vind dat het je erg goed af gaat. Ik ben niet zo'n lezer maar verheug me al op de komende vier jaar en tien en een halve maand (en daarna)!
Liefs,
Niels
Een reactie posten