donderdag 15 juli 2010

Ergens bij horen

Bij tijd en wijle bespringt mij het gevoel er niet bij te horen. Dat is een akelig gevoel. En al doet de omgeving nog zo zijn best om het tegen te spreken, het gevoel laat zich niet zo 1-2-3 wegpraten of -denken. Het zit heel diep en is al vroeg gevormd. Niks aan te doen. De ervaring heeft geleerd dat het alleen overgaat door erdoorheen te gaan. Tijd, rust en troost verzachten de pijn. 

Troost putte ik vanavond uit het programma Nikè van Lennete van Dongen. Het raakte mij hoe zij haar gemis heeft vormgegeven. En hoe zij het kleine clubje vrouwen in het publiek bedankte dat hetzelfde gemis kent. Ik hoor daar ook bij. Bedankt Lenette!




Herkenning en troost haal ik soms ook uit de krant. De Volkskrant bijlage van afgelopen zaterdag (10/7), thema Schone Schijn: De diepste menselijke behoefte is gerespecteerd en gewaardeerd te worden, zei de aartsvader van de psychologie, William James, al in de vorige eeuw. En: 'We lijden aan een aangeboren onzekerheid over onze kwaliteiten, met het gevolg dat wat anderen van ons vinden bepalend wordt voor de manier waarop we onszelf zien', schrijft de Zwitserse filosoof Alain de Botton in Statusangst. De Botton vergelijkt ons ego met een lekkende ballon die voortdurend speldenprikjes incasseert. Om opgeblazen te blijven heeft het ego stroompjes liefde nodig, in de vorm van bevestigingen: 'Je bent slim', 'je bent succesvol', 'je bent belangrijk'. De ballon vult zichzelf na een complimentje, maar krimpt net zo makkelijk weer na kritiek. Daarom voelen we ons door een enkele afwijzing een onnozele mislukkeling of een miskend talent.


En uit twee columns van Max Pam in de afgelopen tijd. Ik zond er vandaag een brief over naar de Volkskrant:


Geachte redactie,

Ik ben blij met de laatste columns van Max Pam over de emoties rond het WK voetbal. De toon doet me denken aan het televisieprogramma 'De woestijn leeft,' dat hij jaren geleden samen met Jeroen Henneman presenteerde op AT5. Met nauwelijks verholen ironie werden de lelijkheid en onzin van stedenbouw en architectuur getoond en van droog commentaar voorzien.

Dezelfde toon treft mij in Pams tekst over de kleur oranje en in 'vreugde & verdriet' van vandaag. De droge verbazing over zoveel tweede- en derdehands emoties rond de prestaties van een aantal sportlui doet mij glimlachen. Want net als al die mensen die meeleven, -feesten en -lopen in het oranje wijgevoel, heb ik behoefte om ergens bij te horen: bij het deel van de bevolking dat niets begrijpt van de heftige gevoelens over de winst en het verlies van derden.
  
In de meest beschaafd gewaande kringen heb ik in de afgelopen tijd mijn kaken op elkaar geklemd. Ik wil niemands plezier bederven, maar word inderdaad agressief van al het oranje om me heen. En erger me aan de primitieve opvatting van feestvieren (zuipen en brullen in de meest idiote uitdossingen). Wat ik mis is de onderkoelde toon van Max Pam om me daartegen te wapenen. Bedankt Max, en ga zo door! Ik voel me wat minder alleen...


Vriendelijke groet, Wilma van den Akker

Geen opmerkingen: